Is biologische landbouw slechter voor het klimaat? Tuurlijk niet, een antwoord!
In enkele media circuleert onterecht de claim dat een Zweedse studie, gepubliceerd in Nature, tot de conclusie kwam dat biologische landbouw zogenaamd slecht is voor het klimaat. Nochtans was bio niet de focus van het onderzoek, maar uitspraken die bio in een slecht daglicht stellen helpen blijkbaar om de krantenkoppen te halen. Nochtans kan herstellende landbouw zoals de biologische juist een positieve rol spelen voor het klimaat doordat het meer doet dan enkel de negatieve impact beperken.
Hoewel het misschien anders lijkt, vergelijken de auteurs van de studie over ‘verschuivingen van landgebruik in het beperken van klimaatverandering’ niet systematisch de biologische en conventionele productie op wereldwijde of grote schaal. Het onderzoek bestrijkt slechts twee in Zweden geteelde gewassen en geen veeteeltactiviteiten. Dit kan en mag niet leiden tot een universele claim over biologische teelt! Dat stelt IFOAM EU, de Europese koepelorganisatie voor biolandbouw, als reactie op niet op feiten gebaseerde beweringen in de pers.
De specifieke koppeling van het onderzoek aan de biologische landbouw kan worden toegeschreven aan Stefan Wirsenius, een van de auteurs. De resulterende kop "biologisch voedsel is erger voor het klimaat" wordt niet door de onderzoekers zelf gestaafd.
Bio is nodig om de wereld te voeden
Herstellende biolandbouw die de bodem voedt met organisch materiaal slaagt er beter in om koolstof op te slaan in de bodem en dus CO2 in de lucht te beperken. Ook helpen deze praktijken om degradatie van onze bodems te voorkomen. Het onderzoek rept echter niets over dit verschil dat het relatieve koolstofvoordeel van de conventionele teelt zou kunnen verminderen.
De auteurs stellen dat "groter landgebruik in biologische landbouw indirect leidt tot hogere CO2-uitstoot te wijten aan ontbossing", wat suggereert dat biologische landbouw die op één locatie wordt uitgevoerd bijdraagt aan ontbossing in een andere.
Hun conclusie dat men de landbouw zou moeten intensiveren, houdt geen steek, omdat we maar één planeet hebben waar al onze ecosystemen met elkaar verbonden zijn. Intensivering van de landbouw op één plaats, met alle negatieve externe effecten, zal niet helpen om ergens anders land of bos te 'redden'. Beschadiging van een deel van de wereld zal ten koste gaan van de rest.
Het verhogen van de opbrengst ten koste van alles is evenmin het antwoord op het voeden van een groeiende wereldbevolking. In zijn huidige vorm produceert de landbouw in feite meer dan genoeg voedsel om zelfs tot 10 miljard mensen te voeden. Voor het uitroeien van wereldhonger is geen productieverhoging nodig, 1/3 van al het geproduceerde voedsel wordt verspild. Armoede is de echte oorzaak van honger.
"We moeten niet enkel onze negatieve impact verminderen, maar ook actief herstellen wat is aangetast. Biologische landbouw draagt bij aan dit herstellend vermogen. "
Enge kijk op duurzaamheid
Onderzoek toont aan dat bio de wereld kan voeden, met gelijke hoeveelheden calorieën en eiwitten, maar dat dit dan wel gecombineerd moet worden met een vermindering van de consumptie van vlees en het vermijden van voedselverspilling. Dat kan zonder een toename van landbouwgrond en met veel minder negatieve milieu-effecten (minder vermesting en vervuiling door pesticiden) dan het conventionele voedselsysteem. De auteurs van de studie lijken echter te suggereren dat mensen hun consumptiepatroon nooit kunnen veranderen.
Staar je ook niet blind op hoge opbrengsten. Opbrengstmaximalisatie brengt een hoop nadelen met zich mee. Afgaan op de relatieve milieu-impact van een landbouwsysteem is bovendien behoorlijk misleidend: het is niet omdat je meer produceert (en de milieu-impact kan uitsmeren over meer kilo’s product, nvdr.) dat hommels beter overleven op een akker zonder ook maar één bloem, of rivieren beter tegen vervuiling kunnen.
De uitstoot van broeikasgassen is dus maar één aspect van de milieu-impact en vertelt dus niet het hele verhaal. De onderzoekers geven aan dat zij hun studie focussen op de CO2 -uitstoot. Dit is legitiem, maar de afbakening van hun analyse brengt ook het risico mee dat andere aspecten van duurzaamheid worden verwaarloosd. Biologische landbouwmethoden zijn vaak duurzamer als we kijken naar gezondheid, biodiversiteit en watergebruik.
Dat een wetenschappelijk instituut als Chalmers University haar bewering niet kadert met context om de krantenkoppen te halen, doet de wenkbrauwen fronsen! Onderzoekers moeten, in de vergelijking van duurzame landbouwsystemen, de uitstoot van broeikasgassen met andere duurzaamheidsindicatoren aanvullen en op transparante wijze communiceren.
Conclusie:
In onderzoek is het vaak wenselijk om een beperkte analyse te hebben, omdat dat helpt om problemen zelfstandig te bekijken. Bij verantwoord communiceren met het publiek moeten kwesties echter in de juiste context worden geplaatst om vooringenomen debatten te vermijden die eenvoudigweg niet kunnen leiden tot holistische oplossingen om onze voedselsystemen, wereldwijd, duurzamer te maken.
We moeten alle grondstoffen op de aarde duurzaam gebruiken, en niet enkel onze negatieve impact verminderen, maar ook actief herstellen wat is aangetast. Biologische landbouw, gebaseerd op de principes van gezondheid, ecologie, eerlijkheid en zorg, dragen bij aan dit herstellend vermogen.
De volledige (Engelstalige) reactie van IFOAM EU kan je hier lezen: https://www.ifoam-eu.org/en/news/2018/12/19/statement-study-assessing-efficiency-changes-land-use-mitigating-climate-change
Voor meer achtergrond bevelen we ook dit artikel van Rodale Institute aan:
https://rodaleinstitute.org/blog/is-organic-really-worse-for-the-climate-a-response/