Milieu-impact bio-appels wordt doorgaans overschat
"Zorg voor nuance als je de milieu-impact tussen bio en gangbaar vergelijkt, zeker als het gaat over meerjarige gewassen”. Dat concludeert doctoraatsstudente Yanne Goossens (KU Leuven) na een onderzoek van acht jaar in 141 boomgaarden in Vlaanderen.
Yanne Goossens ontdekte dat in onderzoeken vaak alleen de hoogproductieve jaren van een appelboom in kaart worden gebracht. Maar door de laagproductieve fasen aan het begin en het einde van het leven van een appelboom niet in rekening te brengen, wordt de milieu-impact van de biologische teelt van appel per kilogram product overschat en die van de conventionele geïntegreerde teelt onderschat.
Levenscyclus van de appelboom
Goossens voerde voor haar doctoraatsstudie een 'levenscyclusanalyse' uit voor appels geteeld in verschillende systemen. Het onderzoek liep van 2005 tot 2012 in 141 boomgaarden verspreid over 70 bedrijven, zowel gangbare als biologische. De levenscyclus van een appelboom varieert - er zijn 3 fasen: een jonge laagproductieve fase, een rijpe hoogproductieve fase en een oude laagproductieve fase. Appelbomen leveren dus het ene jaar al wat meer vruchten dan het andere.
Ze onderzocht de impact van de teelt op een tiental domeinen, zoals klimaatverandering, verzuring en landgebruik. Ook energie, meststoffen, water en gewasbeschermingsmiddelen en de resulterende emissies werden bekeken. En dit zowel tijdens de hoogproductieve fasen van de appelbomen als tijdens de laagproductieve fasen ervoor en erna.
Vertekend beeld rechtgezet
“Bij de conventionele teelt maken de laagproductieve jaren aan het begin en op het einde van de boomgaardcyclus samen 29 procent uit van de levensduur, bij een bio-appelboomgaard is dat zelfs 43 procent. Toch wordt de milieu-impact van een appel vaak berekend op basis van het gebruik van grondstoffen en de uitspoeling of uitstoot van nutriënten en broeikasgassen gedurende slechts één jaar, liefst een hoogproductief jaar”, legt ze uit.
Ze onderzocht wat er gebeurde als je de laagproductieve jaren meenam in de analyse. Dat leidde inderdaad tot andere conclusies. “Voor gangbare appels was er een hogere milieu-impact per kilogram, en voor biologische appels een kleinere. Bij gangbare appelboomgaarden leidt een nauwe focus op de hoogproductieve jaren dus tot een gemiddelde onderschatting van de milieu-impact met respectievelijk 18 en 11 procent. Bij biolandbouw daarentegen, leidt diezelfde nauwe focus tot een overschatting van de werkelijke milieu-impact met 11 procent.”
Bij vergelijkingen van de impact tussen bio en gangbaar, zeker wanneer het gaat over meerjarige gewassen, moet dus altijd een zekere voorzichtigheid gehanteerd worden, besluit Goossens.