Hoge Gezondheidsraad waarschuwt voor gebruik neonicotinoïden
De Hoge Gezondheidsraad publiceert een erg kritisch advies over het gebruik van insecticiden in de gangbare landbouw, meer bepaald neonicotinoïden. Er is reden tot bezorgdheid over de negatieve effecten op bestuivers en andere soorten en op de werking van de ecosystemen.
In 2013 perkte de EU het gebruik van neonicotinoïden al sterk in, omdat deze insecticiden mogelijk schadelijk waren voor bijen. Sindsdien mogen particulieren deze producten niet meer gebruiken en gelden er voor professioneel gebruik beperkingen, die het risico voor bestuivers verkleinen.
Een jaar later publiceerde een internationaal wetenschappelijk panel, ondersteund door de Internationale Unie voor Natuurbehoud, een uitgebreide analyse van de effecten van deze insecticiden op bestuivers, andere soorten en ecosystemen. Hun rapport kreeg de titel ‘Worldwide Integrated Assessment of the Impact of Systemic Pesticides on Biodiversity and Ecosystems’, of kortweg WIA. De studie kwam tot het besluit dat er reden tot bezorgdheid is.
Daarop verzocht de federale regering de Hoge Gezondheidsraad om de wetenschappelijke kwaliteit van dit rapport te toetsen. Onderdeel van de opdracht was ook na te gaan in welke mate de conclusies op insecticidentoepassingen in ons land van toepassing zijn.
De WIA-studie is een synthese van 1.121 recente wetenschappelijke studies inzake neonicotinoïden. In zijn advies plaatst de Hoge Gezondheidsraad de bevindingen uit de WIA-studie naast de conclusies van een gelijkaardige studie die een jaar later werd uitgevoerd door de European Academies Science Advisory Council (EASAC). Ook de bevindingen van professor Charles Godfray van de Universiteit van Oxford werden meegenomen in de analyse.
Gevaar voor mens en milieu
insecticiden hebben niet alleen een impact op de gezondheid van ecosystemen. Uit waarnemingen blijkt dat ze ook neurotoxiciteit bij de mens veroorzaken. “Het is aangetoond dat het neonicotinoïde thiacloprid kankerverwekkend is,” aldus de Hoge Gezondheidsraad.
Hoewel de huidige niveaus in het milieu waarschijnlijk geen acute gezondheidseffecten uitlokken, herhaalt de Raad zijn bezorgdheid over chronische blootstelling ten gevolge van de wijdverspreide toepassingen van deze pesticiden. Over het effect van chronische blootstelling, bijvoorbeeld via pesticidenresiduen in voeding, bestaat er nog onzekerheid.
Voorzorgsprincipe
Neonicotinoïden en fipronil zijn tot dusver vooral in opspraak gekomen door hun effect op bestuivers (bv. bijen). Maar dat raakt volgens het advies ook aan de volksgezondheid, omdat de landbouw zonder de hulp van bestuivers minder voedsel van een slechtere kwaliteit voortbrengt.
Neonicotinoïden en fipronil zijn in ieder geval niet toegelaten in de
biologische landbouw. De biosector draagt ook het voorzorgsprincipe hoog
in het vaandel, en zal nooit producten gebruiken waarrond twijfel bestaat over de werking of mogelijk effecten op mens en milieu.