Portret - fruitteler Wim: "Gezonde bessen telen in samenwerking met de omgeving"
Op een mooie lentedag belanden we bij Wim Vandenberghe, teler van biologische bessen in het West-Vlaamse Beauvoorde (Veurne). Hij teelt verschillende bessen die allemaal om ter lekkerst zijn. Hij vertelt ons over zijn biologische bessenplantage, de verkoop via korte keten, zijn toekomstplannen ...
Vertel ons eens hoe je bent gestart...
"Ik ben gestart in 2010. Ik wou aanvankelijk biologische groenten telen maar ik had geen kapitaal om een bedrijf over te nemen. Ik heb twee keer geprobeerd om via samenwerking met bestaande biotelers tot een overname te komen, maar zonder succes."
"Als gevolg van mijn pogingen kon ik wel aan de slag op een stukje grond van 25 are van bioboerderij 'Het Zilverleen' in Alveringem. Die 25 are is de start geworden van een plantage die nu 1,25 ha bedraagt. Want op hetzelfde ogenblik kon ik ook grond pachten van mijn ouders die vroeger een gangbaar melkveebedrijf hadden in Beauvoorde. Die oude weiden op zandleemgrond lagen als het ware te wachten op mij. Ik heb de grond onmiddellijk aangemeld bij de controle-organisatie voor bioteelt en in 2011 ben ik er de eerste bessenstruiken beginnen aanplanten."
Samenwerking met de natuur
Koos je meteen voor bio en waarom?
"Ja, ik ben meteen voor bio gegaan. Ik heb als jobstudent kennis gemaakt met biologisch telen, gewoon door mee te werken op bioboerderij 'Het Zilverleen'. Ik kreeg serieus de microbe te pakken: ik wou ook boeren en het moest bio zijn."
"Waarom? Ik vind het zo belangrijk om zelf te kunnen werken in een gezonde omgeving en dus niet tussen planten die chemisch behandeld zijn. En ik wil gezonde vruchten kweken in samenwerking met de omgeving."
"Op zich is een plantage wat tegennatuurlijk, want op de plantage is betrekkelijk weinig diversiteit aan teelten en ook redelijk wat overkapping. Geleidelijk aan ontdek ik hoe ik de plantage kan laten profiteren van alles eromheen: ik kan bestuivers met specifieke planten verleiden om ter plaatse te overwinteren, ik weet intussen beter hoe ik een diversiteit aan fauna en flora op het bedrijf kan krijgen… Maar het blijft een hele zoektocht."
Hoe belangrijk is ‘bio’ voor je klanten, denk je?
"Voor de klanten primeert bovenal de kwaliteit: de smaak, de houdbaarheid en het uitzicht van de vruchten. Voor velen is het ook belangrijk dat de bessen biologisch zijn, maar ik vermoed dat zij niet de meerderheid vormen. Voor sommige klanten is het wel de reden om hier voor de eerste keer langs te komen."
"Ik ontdek hoe ik de plantage kan laten profiteren van alles eromheen: ik kan bestuivers met specifieke planten verleiden om ter plaatse te overwinteren, een diversiteit aan fauna en flora op het bedrijf krijgen…"
80% vers verkocht
Wat teel jij precies op je bedrijf?
"In totaal is mijn bedrijf 2,75 ha groot. Daarvan is nu 1,25 ha aangeplant met bessen: frambozen, braambessen, rode bessen, witte bessen, stekelbessen en cassis. De eerste jaren deed ik alle werk alleen. Nu heb ik een medewerker die bijna het hele jaar komt en in de zomer zijn we op piekdagen met 5 à 8 arbeiders extra aan de slag."
Dat moeten kilo’s fruit zijn!
"Ja, reken maar! Je mag er grosso modo van uitgaan dat we per hectare ongeveer 8 ton oogsten."
En verkoop je dat allemaal vers in je hoevewinkel?
"Niet allemaal, maar wel veel. Ik verkoop ongeveer 80% vers en een groot deel hiervan verkoop ik inderdaad in de hoevewinkel. Een ander deel gaat naar bakkers, restaurants, B&B’s in de omgeving. Tenslotte gaat een deel van de verse oogst ook via 2 verdelers naar toprestaurants in Brugge, Brussel, Rijssel…"
"Een klein deel van het fruit gaat de diepvries in. Het wordt verwerkt door twee sociale werkplaatsen ('Sowepo' in Poperinge en 'De Groene Kans' in Diksmuide) die heerlijke confituren, coulis en siropen voor mij maken. En ik verkoop ze onder mijn eigen merk. Dat is echt een heel aangename samenwerking: ik lever het fruit, de bokalen en etiketten en ik mag de afgewerkt producten ophalen."
"Een deel van mijn bessen wordt trouwens ook verwerkt tot sap door de Mobiele Fruitpers in Zevergem en door 'Lombarts-Calville' in Voormezele. Ik werk al enkele jaren met dezelfde bedrijven samen: goede afspraken, respect en begrip voor elkaar… en je komt al zeer ver. Dat is mijn ervaring."
"Dus in mijn hoevewinkel kan je niet alleen vers fruit kopen, maar ook al die confituren en sappen. Ik verdeel ze trouwens ook naar een 50-tal winkels over heel België. Om een breed gamma aan producten én continuïteit te kunnen garanderen, koop ik fruit bij van Belgische collega’s."
"Je mag er grosso modo van uitgaan dat we per hectare ongeveer 8 ton oogsten."
Foto: Tine Embrechts en biofruitteler Wim op Frambiosa y Besos - © François De Heel
Lokale verankering
Dat klinkt als een hele organisatie. Wil jij in de toekomst nog uitbreiden?
"Ja, eigenlijk wel. Jaar na jaar krijg ik meer vraag naar mijn fruit en mijn assortiment verwerkte producten. Dus elk jaar heb ik wat uitgebreid om aan die vraag te voldoen. Ik wil dat zeker nog enkele jaren verderzetten. De schaal die ik aanvankelijk dacht nodig te hebben om een leefbaar bedrijf uit te baten, is door de jaren wat toe genomen. Ik bouw momenteel ook een nieuwe loods met zonnepanelen, een hoevewinkel, een refter, een frigo en diepvries. En we leggen een vijver aan voor irrigatiewater. We planten hagen, graven een poel, leggen een grotere parking aan... Allemaal investeringen die nodig zijn om professioneler te kunnen werken en de geplande groei vlot te laten verlopen."
Nog verdere plannen?
"Ik wil ook graag mijn bedrijf verder verduurzamen: ik wil het nog ecologischer. Zo ben ik bezig om het verpakkingsmateriaal voor onder meer de confituren in retour te krijgen en opnieuw te gebruiken. Om dat te bereiken en haalbaar te maken, moeten verschillende stappen gezet worden. Zo heb ik dan bijvoorbeeld etiketten nodig van een ander, makkelijker afwasbaar materiaal.
Ik ben ook op zoek naar alternatieven voor de PET-doosjes met deksel die we voor veel fruit gebruiken. Dat deksel is zeer belangrijk voor een goede houdbaarheid maar maakt het moeilijk om een goed alternatief te vinden."
"Tot slot, ondanks mijn plannen om te groeien, vind ik het lokale aspect van mijn bedrijf zeer belangrijk. De mensen die hier komen werken, wonen in de buurt. De verwerking gebeurt zo dicht mogelijk bij mijn bedrijf. Het fruit dat ik extra aankoop bij collega-telers komt bijna allemaal uit de provincie en is allemaal Belgisch. Ook andere zaken die ik aankoop zoals meststoffen, teeltmateriaal, loonwerk, de loods, zelfs het lay-outwerk, komt van dicht in de buurt. Ik zit hier echt wel lokaal verankerd. En wanneer dat niet kan, zoals voor rietsuiker, dan probeer ik op een andere manier meerwaarde te voorzien. Zo koop ik alle rietsuiker voor de confituren en siropen met het fairtradelabel."
"De mensen die hier komen werken, wonen in de buurt. De verwerking gebeurt zo dicht mogelijk bij mijn bedrijf. Het fruit dat ik extra aankoop bij collega-telers komt bijna allemaal uit de provincie en is allemaal Belgisch."
Zo teelt Wim biologische bessen...
In bio is vruchtwisseling een belangrijke maatregel om de bodem niet uit te putten en om ziekte te vermijden. Bessen zijn meerjarige gewassen die je niet elk jaar kan verplaatsen.
Hoe pak je dat dan aan?
"Bessen hebben het voordeel dat ze geen grote behoeften hebben qua voeding, dus het risico op uitputting van de bodem is gering. Bovendien ga je bij bessen niet met zware machines op je percelen rijden en vermijd je dus dat je de bodem helemaal samendrukt. Een samengedrukte, te compacte bodem laat nog moeilijk lucht en water door en zet het bodemleven onder druk. Dat willen we in bio echt vermijden. Dus bij bessenteelt kan je als teler de bodem verzorgen door compost toe te voegen en dat brengt je al heel ver."
Hoe bestrijd jij onkruid?
"Onkruid bestrijd ik met een combinatie van wieden, maaien en mulchen (= de bodem bedekken met organisch materiaal). Ik heb bewust niet geïnvesteerd in machines voor onkruidbestrijding. Het grootste probleem in de boomgaard is kweek: dat is een hardnekkig onkruid dat geleidelijk de rijen overwoekerd. Jaar na jaar zie ik ook meer winde opduiken. Dat wordt nog een ganse uitdaging."
Hoe bescherm jij je plantage tegen ziekte en plagen?
"Het komt er in bio vooral op aan om ziekten en plagen zoveel mogelijk te vermijden. Ook de rassenkeuze speelt een rol: voor stekelbessen moet een bioboer rassen telen die van nature resistent zijn tegen Amerikaanse meeldauw. En voor de buitenteelt van frambozen kiezen biotelers meestal voor oudere, iets minder productieve maar veel robuustere rassen. Voeg al die preventieve maatregelen samen en ik kom al redelijk ver. Krijg ik toch te maken met een ziekte, dan moet ik meestal de zieke planten verwijderen. Tegen plagen staan we in de biologische bessenteelt iets sterker. Zo kunnen we natuurlijke vijanden uitzetten om ongewenste insecten te verwijderen. Dat noemen we biologische bestrijding."