Van pot confituur tot bes
Chantal van De Kruidenfee in Herenthout volgt de weg van bioconfituur. Elke schakel in de keten krijgt een gezicht: boer Wim teelt verschillende bessen die allemaal om ter lekkerst zijn. In Poperinge belanden Wim en Chantal in het maatwerkbedrijf dat de confituren maakt en als laatste stop houden ze halt bij een collega-fruitteler.
In het centrum van Herenthout baat Chantal Hanquet biowinkel De Kruidenfee uit. Samen met haar echtgenoot Patrick verkoopt ze al een tijdje producten van Frambiosa y Besos. Ze wil graag weten welke weg hun bessenconfituur aflegt voor klanten hem bij haar kunnen kopen.
Chantal kan dat makkelijk achterhalen. Wanneer ze haar bestelling voor confituren en siropen plaatst, dan komt bioboer Wim Vandenberghe die zelf leveren. Hij kiest volop voor het Belgische Biogarantielabel. Zijn bessenplantage Frambiosa y Besos ligt in Poperinge, maar één keer per maand rijdt hij heel Vlaanderen rond voor zijn leveringen. Wim: “Mijn vers fruit verkoop ik in mijn eigen hoevewinkel. Door mijn lang houdbare producten zoals confituren en siropen zelf te leveren, zorg ik dat ik voldoende marge overhoud. Als een winkel in een bepaalde regio een bestelling plaatst, dan informeer ik ook bij winkels in de buurt of zij nog iets nodig hebben.”
Bessen om ter lekkerst
In 2009 is Wim begonnen met het telen van verschillende bessen die allemaal om ter lekkerst zijn, op 20 are. “De eerste twee jaren was het niet zo eenvoudig om dat fruit lokaal te verkopen, maar in 2012 verhuisden we naar onze huidige locatie. Die ligt langs een weg waar veel fietsers en toeristen voorbijkomen. Onze naam ‘Frambiosa y Besos’ spreekt tot de verbeelding, dat blijft hangen bij de mensen. Sindsdien is ons bedrijf blijven groeien, vandaag zitten we op 1,5 hectare.”
Heel veel van het fruit dat ze hier oogsten wordt in hun eigen hoevewinkel verkocht, maar niet alles. In normale tijden plukken ze ook voor de horeca en een deel van de vruchten wordt verwerkt in siropen, coulis of confituren. Wim: “We telen frambozen, stekelbessen, braambessen, cassis en rode bes. Het plukken doen we zelf: in de piekperiode werken we hier met twaalf.”
Wim: “Veel van ons fruit verkopen we in onze eigen hoevewinkel, maar niet alles. Een deel van onze vruchten wordt verwerkt in siropen, coulis of confituren.”
Confituren met échte smaken
Confituur maken doet Wim niet zelf, al was dat helemaal in het begin wel het plan. “Maar de regels voor thuisverwerking zijn behoorlijk streng en voor de hoeveelheden die ik maak zou dat een te grote investering zijn. Zo ben ik bij Sowepo terechtgekomen, een maatwerkbedrijf uit de buurt. Ik lever het fruit bij hen, zij hebben de bokalen en etiketten. Destijds heb ik samen met hen het basisrecept uitgewerkt.”
In zijn assortiment zit ook confituur op basis van blauwe bes en aardbei, maar die teelt Wim niet zelf. “Voor blauwe bes heb je bijvoorbeeld zure grond nodig, dus dat kan ik hier niet kweken. Maar ik moet de confituren wel aanbieden: klanten verwachten immers niet alleen frambozenconfituur, ze willen bij mij een breed assortiment vinden. Mijn blauwe bessen koop ik onder meer van O’Bio.”
Wim werkt dus samen met andere biologische fruittelers in Vlaanderen. “Als ik op leverronde ga, dan ga ik bij verschillende collega’s hun overschotten ophalen. Ik kom niet snel met een lege bestelwagen thuis…. In de beginperiode hanteerde ik het principe dat al het fruit voor mijn confituren van mijn eigen teelt moest komen, maar dat bleek niet realistisch. Dan zou ik op een bepaald moment in het jaar tegen klanten moeten zeggen dat er geen confituur meer te krijgen is.”
Wim: “Mijn klanten verwachten een breed assortiment. Blauwe bes en aardbei teel ik niet zelf, maar koop ik aan bij collega bioboeren.”
Trots op wat ze hier maken
Chantal wil wel eens zien waar die confituur precies gemaakt wordt, en dus kloppen we aan bij maatwerkbedrijf Sowepo in Poperinge. Pascal Pauwelyn leidt ons met veel plezier rond: “Toen Wim bij ons kwam aankloppen om confituur te maken, hebben we ons laten certificeren. Een groot deel van de voeding die we in opdracht verwerken, is biologisch.”
Pascal: “Veel van onze klanten zijn boeren die onverwacht met overschotten zitten. Ze kunnen die dan naar ons brengen, wij kuisen die en bewaren dat in onze diepvriezer om ze dan later te verwerken. We houden ook erg van die diversiteit en kleinschaligheid, want zo kunnen we onze werknemers inzetten op de juiste plaats. En zij zijn trots op al die producten die ze dan kunnen maken. Dat is dus een win-winsituatie.
Onze werknemers zijn mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. De bedoeling is dat ze hier de nodige competenties krijgen om weer naar het reguliere arbeidscircuit door te stromen, maar in de praktijk is dat moeilijk. Wanneer het economisch minder gaat, zijn het immers onze mensen die weer als eerste uit de boot vallen. Hier worden ze daarentegen goed begeleid. Wij geven ze niet alleen een zinvolle dagbesteding, maar voorzien ook tal van opleidingen en cursussen."
Pascal: "Onze werknemers hebben het moeilijk op de reguliere arbeidsmarkt, maar wij kunnen ze inzetten op de juiste plaats. Ze zijn trots op wat ze hier maken."
Blauwe bes vergt rijke grond
En dan reizen we samen met Chantal naar onze laatste halte: O’Bio, een biologische bessenplantage in Wielsbeke. Bioboer Christ Lavens ontvangt ons van harte. Hij corrigeert ons meteen als we het over bosbessen hebben: “Bosbes is de wilde variant, wij telen blauwe bes. In totaal hebben we hier 21 hectare, waarvan ongeveer 10 hectare blauwe bes. De rest zijn andere kleinfruitsoorten, en we hebben ook een zelfpluktuin. Op een andere plantage hebben we nog eens 20 hectare blauwe bes staan.”
Het seizoen start meestal begin juni en loopt eind augustus stilaan af. Christ: “We plukken met de hand. Iedere struik wordt minstens 2 keer geplukt. De eerste pluk levert de grootste bessen op, daarna zijn ze kleiner. We verkopen sap en confituur onder eigen merk, al helpen we kleinschalige telers als Wim ook graag verder. Ons vers fruit gaat grotendeels naar de veiling en belandt zo in de supermarkten.”
“We gebruiken onze blauwe bessen vooral voor onze eigen confituur en siropen, maar helpen kleinschalige telers als Wim ook graag verder.”
Blauwe bes heeft nood aan een heel rijke grond, met veel organisch materiaal. De teelt kent ook nog andere uitdagingen. “De larve van de miljoenenpoot eet aan de wortels van onze struiken waardoor de groei van de planten achteruit loopt. Twee keer per jaar zetten wij aaltjes (nematoden) uit. Tot slot is met de toenemende droogte ook water geven een uitdaging.”
“Normaal kan een struik 20 jaar lang vruchten dragen, vanaf het vierde jaar moeten planten normaal op de top van hun productie zijn. Wat wel gebeurt is dat telers soms hun planten al na 10 jaar vervangen door nieuwe variëteiten. Dat komt omdat de soorten die 10 jaar geleden de standaard waren, nu in vraag worden gesteld. De nieuwe soorten zouden beter zijn qua bewaring en hardheid.”
Bron: ons vakblad Bio Actief